Toen Rabia Alizadah als vierjarig meisje uit Afghanistan vluchtte, voelde dit onder de vertrouwde vleugels van haar ouders als een reis. Met haar familie kwam ze eerst in Rusland terecht, om vier jaar later als 8-jarige in Nederland te belanden. Als ‘nieuwkomer’ heeft het gezin zich altijd moeten bewijzen en moeten rennen waar anderen konden lopen. Met Sarban de Toekomst wil de familie Alizadah nu aan jonge vluchtelingen de steun bieden die zij destijds aan elkaar hadden. Hun eerste Afghaanse restaurant Sarban was en is een ode aan hun thuisland en een warm nest voor jongeren die alles moesten achterlaten. Inmiddels bestaat Sarban uit vier vestigingen, met het Tilburgse restaurant ‘Silk Road’ als nieuwste locatie.
Starten met een achterstand
Ook al was Rabia nog erg jong toen zij moest vluchten, als kind voelde zij wel dat het niet zomaar een reis was. Rabia: “Als je vier jaar lang alle kinderen naar school ziet gaan en jij mag het huis niet uit of moet op de markt in Rusland werken, dan besef je dat het niet is zoals het zou moeten zijn.” Eenmaal in Nederland wist het gezin dat ze een moeilijk tijd tegemoet gingen. “In Afghanistan hadden we een identiteit. Wij waren mensen met naam en een bepaalde achtergrond. Mocht je ooit een eigen identiteit in Nederland willen, en mocht je ooit willen dat mensen naar je opkijken, dan moet je heel hard werken, studeren en investeren in jezelf en in anderen om je heen. Je moet je dus extra bewijzen.“
Waar de familie Alizadah altijd steun vond bij elkaar, daar zien zij nu dat zoveel jongeren moederziel alleen dezelfde reis maken. Een vaak traumatische gebeurtenis waarna zij zonder vangnet in een vreemd land terecht komen. Nu staat Rabia samen met haar ouders, broers en zussen voor ze klaar. “Met Sarban willen wij de steun zijn die ze nodig hebben. Een plek waar ze zich veilig voelen en weten dat zij gewenst zijn. Dat gevoel heeft iedereen nodig. Dat je er mag zijn en dat mensen je missen als je er niet bent. “
Bouwen aan vertrouwen
Met Sarban de Toekomst laat de familie de jongeren zien dat zij weer dromen mogen realiseren. Zij kunnen werkervaring opdoen in de restaurants, maar ook een erkend MBO-diploma (via scholengemeenschap De Rooi Pannen) halen of zelfs restauranteigenaar worden. Ook komen sommigen bij andere bedrijven terecht met wie Sarban een goede relatie heeft. Rabia: “Ongeveer 10 jaar geleden is het idee van Sarban ontstaan. We zagen voor het gemeentehuis steeds dezelfde groep Afghaanse jongeren rondhangen. Eerst met een sigaret, later met een fles wijn. Zij hadden echt het gevoel hier geen kansen te krijgen. Onzin, zeiden wij. Want bij Sarban kun je vandaag nog in de afwas beginnen. Maar dan moet je ook heel hard werken. Dan wil ik geen excuses horen."
De volgende dag stond een van de jongens voor de deur. En de dagen erna kwamen ook zijn vrienden mee. “Ze vonden het heerlijk om fysiek werk te doen. Even hun geest helemaal uitschakelen, moe worden en lekker slapen.”
Ook buiten de muren van hun restaurants zet Sarban zich in voor jongeren met een migratieachtergrond. Zo hebben zij het project ‘More to Learn’ opgezet. Hierbij koppelen zij hun MBO-studenten aan Nederlandse studenten. Twee groepen van dezelfde leeftijd die elkaar normaal niet zo snel zouden ontmoeten. De Nederlandse studenten geven huiswerkbegeleiding en leren tegelijkertijd meer over hun leeftijdsgenoten met een migratieachtergrond. Zo begint een inclusieve samenleving al bij de nieuwe generaties.
tekst gaat verder na foto